zondag 11 april 2010

Rit 6: Beringen

Het zonnetje schijnt en het is 3 graden buiten. Nog steeds geen kortebroekenweer volgens mij. Alhoewel… Ronni en Frank rijden toch al met de benen bloot.

We staan weer met een 30-tal klaar om te vertrekken in de Azaleastraat. Een aantal van ons een beetje moe van de rit van gisteren: de Hageland Classic (140 km afgewerkt aan 27,5 km/u). Vandaag brengt de rit ons naar het Fonteintje in Koersel. Een klimmetje van 2km zou de enige noemenswaardige hindernis zijn…

Na Ronni’s speech zijn we er mee weg. Via het kanaal rijden we naar Olmen om daar nog 2 man op te pikken: Roger en Kevin. Via Olmen, Ham en Beverlo rijden we naar Beringen. We doen de toer in tegenovergestelde richting dan de voorgaande jaren. We beginnen met wind in de rug.

Na 10 km is het stoppen voor een gevallen pomp. Enkelen maken hier gebruik van om wat overtollig vocht af te drijven. Na 30 km staan we weer aan de kant. Frank breekt zijn ketting. Dank zij de voorzienigheid van Guy en het technisch vernuft van Bamme geraken snel weer op weg. Ook hier vloeit het vocht weer aanzienlijk.

Nog voor we aan het Fonteintje zijn houden we de officiĆ«le pisstop. Je vraagt je af waar sommigen het vocht blijven vinden om af te drijven…

De klim naar het fonteintje is aanvankelijk een maat voor niets. De klimmen van gisteren zitten blijkbaar nog in de benen. Met een kleine voorsprong bereikt een kopgroepje de top, snel gevolgd door het peloton.

Met een sterke wind op kop rijden we tegen een strak tempo richting Balen en Mol. In Balen staan we nog even stil omdat Mariette technische problemen heeft. Voor sommigen een ideaal moment om even uit te rusten en een plaats vooraan in de groep in te nemen.

De rit was uiteindelijk een 75km lang en werd tegen een gemiddelde van 29km/u gereden. Benieuwd wat volgende week zal brengen: 165km doorheen de noorderkempen.

Rit 5: Bladel

Vandaag, business as usual. We zijn nog niet vertrokken, of onze interventieploeg kan al in gang schieten: Soi staat al plat. Geen nood, nog voor het 8u30 is, is alles in orde. Ronni houdt zijn gewoonlijke korte speech en hup, we zijn weg richting Hapert en Bladel.

Naast de lekke banden zal deze rit ook de annalen ingaan als de eerste rit waarin Soi H. zijn nieuwe bolide van stal heeft durven halen.

Km 1,11 en we staan al terug aan de kant. Soi staat weer plat. Hopelijk is dit geen voorteken voor het plezier dat Soi allemaal aan zijn fiets zal beleven. Na een 10-tal minuten kunnen we terug op weg.

Voor we goed zijn opgewarmd staan we weer aan de kant. Terug lekke band. Na 20 km nog eens en na nog eens 20 km weer. Misschien moeten we bij michelin eens gaan vragen of ze ons niet willen sponsoren?

Vandaag mogen we ons nog eens dubbelplooien. We rijden op het einde van de rit van Postel naar de Maat. Een lang recht stuk van 5 km. Er wordt vooraan een treintje gevormd. tegen 42 km/u en de wind op kop draaien we mooi rond. Echter na een paar keer ronddraaien stokt de motor. Een voor een vallen ze af. Ik begrijp hoe Tom Boonen zich voelde toen hij Cancelara zag wegrijden, dju toch… Uiteindelijk blijven ze nog met 2 over: Ronni en Louis. Kris W waagt de sprong nog en slaagt er in vooraan aan te sluiten. Ronni moet er af. Louis en Kris bereiken als eerste de Baily-brug. Ik slaag er met Ronny VB nog in om Ronni C bij te benen. Gezamenlijk komen we aan de brug, snel gevolgd door de rest van het peloton.

We rijden rustig uit tot aan het zilvermeer. Vandaag is de Port’aventura de eindestop. Op naar warmer weer…

vrijdag 2 april 2010

Rit 4: Paal

Waar waren we vorige week gebleven? 2 lekke banden en een kletsnatte rit?  Achteraf gezien bleek dit niet de volledige waarheid te zijn. De laatste 2 km werd nog 4 keer plat gereden.

Vandaag stond de eerste pittige rit voor de boeg. We nemen de draad terug op waar we vorige keer gestopt zijn: lek rijden. We zijn nog maar 3 km ver en we staan al een eerste keer stil: lekke band. We zijn nog niet vertrokken en we hebben al een 2de lekke band. Onze interventieploeg is dit seizoen al goed gerodeerd…

Via Mol Heidehuizen en Meerhout rijden we richting Tessenderlo. Hier ligt de eerste helling van het seizoen op ons te wachten. Chris VE komt eerst boven, bij Steve gaat het licht uit. Uit noodzaak moet hij terugkeren. Na doktersbezoek blijkt dat Steve nog niet volledig is hersteld van zijn serieuze griepaanval begin maart. Rusten is de opdracht.

Onverstoord rijden we verder: op elke helling 1 constante: Ronni C. geraakt maar moeilijk vooruit. Zelfs Leon vindt dat zoonlief maar triestig voor de dag komt en probeert de familie-eer toch enigszins hoog te houden door af en toe mee door te trekken op de klimmen. Van de 13 hellingen van de dag is eentje voor mezelf, 1 voor Ronny VB en de rest voor Chris VE.

Ondertussen staan we nog  2x stil om een lekke band te vervangen.

Het weer was mooi, de wind waaide stevig door: op kop in het begin van de rit, in de rug naarmate we terug richting Mol reden. Aangezien de laatste km’s kanaaldijk waren, was dit de eerste kans voor een sprint dit seizoen. Tegen een gezapig tempo van 32 km/u reden we over de kanaaldijk. De brug van de Olmense Zoo was het teken: het tempo wordt opgetrokken naar 42 km/u. Ik tracht dit tempo vol te houden tot de volgende brug en geef dan over aan Ronni C om verder door te trekken. De sprint gaat tussen de 2 krissen. Uiteindelijk is het Kris W die als eerste over de streep komt. Een mooie opsteker na een sukkelseizoen met de knie.